Danon kondigt samenwerking met VN aan - Afgezanten van de Veiligheidsraad bezoeken Libanon en Syrië
In dit artikel:
Gezagsdragers van de VN-Veiligheidsraad (de 15 ambassadeurs) reizen deze week naar Damascus en Beiroet om ter plaatse te beoordelen hoe de veiligheidssituatie en het leiderschap in Syrië en Libanon zich ontwikkelen. De Israëlische VN-ambassadeur Danny Danon riep op vooral te letten op daden in plaats van op politieke verklaringen: hij zegt dat Libanon veel mooie woorden produceert maar weinig uitvoering levert van resolutie 1701, die onder meer het ontwapenen van de door Iran gesteunde Hezbollah en het herstel van soevereiniteit in Zuid-Libanon verlangt. Volgens Danon ontbreekt een duidelijke herinzetting van Libanese troepen in het zuiden en blijft Hezbollah proberen haar aanwezigheid en militaire capaciteiten te herstellen, inclusief wapenproductie en smokkel.
De Raad brengt donderdag een bezoek aan Damascus, kort voordat — zo meldt het artikel — een verjaardag valt die de afzetting van president Bashar al-Assad markeert; die formulering lijkt echter te botsen met algemeen bekende feiten over Assad’s positie en kan wijzen op een onnauwkeurigheid in de bron. De Sloveense VN-missie, die het voorzitterschap van de Raad voor december voert, heeft aangekondigd dat de delegatie ook een ontmoeting plant met de Syrische president Ahmed al-Sharaa, die tot voor kort onder UN-antiterrorisme‑sancties stond.
De reis volgt op recente spanningen aan de Israëlisch-Syrische grens: afgelopen vrijdag leidde een Israëlische antiterreuractie in het zuidelijke Syrische dorp Beit Jinn tot gevechten en luchtaanvallen waarbij volgens berichten dertien doden vielen; Syrië bestempelde de actie als oorlogsmisdaad, Israël zegt leden van de Jamaa Islamiya te hebben opgepakt die betrokken zouden zijn bij aanvallen op Israëlische burgers. Zes Israëlische soldaten raakten gewond, drie van hen ernstig. Danon uitte ook zorgen over de veiligheid van minderheden in Syrië en de aanwezigheid van milities nabij de grens.
Na Damascus reist de delegatie door naar Beiroet en bezoekt zij zaterdag het zuiden om met UNIFIL‑vertegenwoordigers te spreken. UNIFIL, opgericht in 1978 om een staakt‑het‑vuren tussen Israël en Libanon te bewaken, wordt volgens het artikel eind volgend jaar geleidelijk opgeheven. De Veiligheidsraad heeft secretaris‑generaal António Guterres gevraagd opties uit te werken voor hoe de grensveiligheid eruitziet zonder UNIFIL vanaf 2027. UNIFIL’s adjunct-hoofd Kandice Ardiel meldt dat de situatie aan de grens stabieler is dan een jaar geleden, maar dat de doelstellingen van resolutie 1701 nog niet zijn bereikt en dat tijd nu een bepalende factor is; de missie richt zich op toezicht, rapportage en opbouwen van capaciteit bij het Libanese leger zodat dat taken kan overnemen.
Tegelijkertijd signaleert het artikel een beleidsverschil van de VS onder de regering‑Trump: Washington zou in het openbaar strenger optreden richting Libanon en het Libanese leger, terwijl het een mildere, meer complimenterende toon heeft richting Syrië. Danon nuanceert dat het fundamentele verschil de actieve rol van Hezbollah in Libanon is, die volgens hem probeert haar macht te consolideren.