IDF onderschept drone "uit het oosten" - een dag na aanvallen op luchthaven in Sanaa
In dit artikel:
De Israëlische luchtmacht heeft dinsdag een aanval uitgevoerd op de internationale luchthaven van Sanaa in Jemen, waarbij naar schatting 500 miljoen dollar aan schade is aangericht. Zes vliegtuigen werden vernietigd en de terminalinfrastructuur zwaar beschadigd, waardoor het vliegverkeer van en naar Sanaa voorlopig stilgelegd is. Deze actie kwam als reactie op eerdere aanvallen van door Iran gesteunde Houthi-rebellen, die onder meer een ballistische raket afvuurden nabij luchthaven Ben-Gurion in Israël, waarbij zes gewonden vielen en het vliegverkeer tijdelijk werd stilgelegd. Woensdagochtend onderschepte het Israëlische leger een drone die vermoedelijk vanuit Jemen was gelanceerd; hoewel sirenes afgingen, werden geen gewonden of schade gemeld.
Tegelijkertijd werd dinsdag een door Oman bemiddelde wapenstilstand aangekondigd tussen de Verenigde Staten en de Houthi’s, waarin de rebellen beloofden aanvallen op Amerikaanse belangen te staken. Deze overeenkomst geldt echter niet voor Israël, wat een hoge Houthi-functionaris bevestigde met het voornemen om aanvallen op Israël vanwege solidariteit met Palestijnen in Gaza voort te zetten.
Israël benadrukt zijn vastberadenheid om bedreigingen te neutraliseren en blijft militaire vergeldingsmaatregelen inzetten om toekomstige aanvallen te ontmoedigen. Likud-parlementslid Ariel Kallner onderstreepte dat dergelijke acties essentieel zijn om een hoge, pijnlijke prijs voor aanvallen op Israël te garanderen. Hij wijst daarbij op de blijvende Iraanse bewapening van de Houthi’s als drijfveer achter de aanhoudende bedreigingen, ondanks verliezen aan wapens en middelen. Kallner sprak ook zijn scepsis uit over Amerikaanse pogingen tot een staakt-het-vuren, benadrukkend dat kracht de enige taal is die terroristen in deze regio begrijpen.