Overgetelijke ervaring in Jeruzalem voor Israëlische oorlogswezen
In dit artikel:
Achtentwintig Israëlische kinderen die een ouder hebben verloren tijdens diens dienst voor het land vierden maandag in Jeruzalem gezamenlijk hun bar- of batmitswa, een dag georganiseerd door de IDF Widows and Orphans Organization (IDFWO). Het programma combineerde plechtigheid, toeristische bezoeken en feestelijkheden om rouw te erkennen, herinnering levend te houden en onderlinge steun te versterken.
De dag begon met een ontvangst in de residentie van president Isaac Herzog, waar hij en zijn vrouw Michal de gezinnen verwelkomden. Michal troostte de kinderen met de woorden “Het is oké om verdrietig te zijn” en benadrukte het belang van vrienden en familie in moeilijke tijden. Een bijzonder persoonlijk moment ontstond toen Herzog in vloeiend Arabisch met een moslimbedoeïenenmeisje sprak dat niet goed Hebreeuws sprak, wat veel gelach en herkenning opleverde.
De deelnemers kwamen uit het hele land — van Ma’alot en Holon tot Beersheba en kibboets Ein Hanatziv — en verloren hun ouders door gevechten in Gaza of Libanon, door terroristische aanslagen, verkeersongevallen of ziekte. De IDFWO signaleert dat sinds 7 oktober 2023 het aantal weduwen en wezen van de IDF fors is toegenomen; momenteel zouden 885 kinderen en 352 partners hun naaste hebben verloren. De organisatie, opgericht in 1991, biedt emotionele, sociale en financiële steun en organiseert bar/batmitswa-vieringen sinds de jaren negentig.
Na het officiële welkom bezocht de groep de Oude Stad: een rondleiding in het Western Wall Heritage Center, ceremonies en muziek bij de Klaagmuur, een bezichtiging van de Klaagmuurtunnels en een feestelijke lunch. Joodse jongens deden tefillin en werden naar de Thora geroepen; de meisjes volgden onder meer een challah-bakcursus. Moslimdeelnemers bezochten de Rotskoepel, wat de inclusieve samenstelling van de groep — Joden, moslims en druzen — onderstreepte. Rabbijn Shmuel Rabinowitz herinnerde de jongeren aan hun persoonlijke missie (shlichut) in het leven, waarna families feestelijk dansten op trompetten en sjofars.
Direkte betrokkenen benadrukten de betekenis van de dag: directeur Shlomi Nahumson noemde het “meer dan een feest” — een statement dat de kinderen er niet alleen voor staan. Een deelnemer, Itai Kapooya, omschreef de ervaring als spiritueel versterkend: “Ik voel me dichter bij God.” Vrijwilligers hielpen de jongeren rituelen te beleven die hun vaders niet meer konden volbrengen, en de dag eindigde met cadeaus en zegeningen in het Museum of Tolerance Jerusalem.
De viering bood zowel rituele mijlpalen als praktische en emotionele steun, en versterkte de gemeenschap rond kinderen die hun ouders in dienst van de veiligheidstroepen verloren.