Topgeneraal: Israël moet zich voorbereiden op volgende ronde met Iran
In dit artikel:
Generaal-majoor (b.d.) Amir Baram, directeur‑generaal van het Israëlische ministerie van Defensie, waarschuwde maandag dat Iran na de Israëlische aanvallen in juni snel bezig is met herstel van zijn nucleaire en raketcapaciteiten. Hij stelde dat de campagne weliswaar een duidelijke overwinning voor Israël opleverde, maar dat Teheran reageert met versnelde bewapening en het aanvullen van arsenalen via eigen productielijnen en proxy‑groepen in Jemen, Syrië en Irak. Volgens Baram zullen er meer confrontaties met Iran volgen; de concurrentie speelt zich af over maanden en jaren, niet in nieuwsflitsen.
Tijdens een door het ministerie van Financiën georganiseerde conferentie koppelde Baram veiligheid direct aan economische veerkracht. Hij noemde mondiale defensieuitgaven voor 2024 rond 2,7 biljoen dollar (een stijging van circa 20 %) en benadrukte dat Israël tot nu toe ruim 205 miljard sjekel (ongeveer 60 miljard euro) aan oorlogskosten heeft gemaakt. Tegelijk presenteerde hij de defensiesector als groeimotor: Israël tekende recent defensieexportcontracten ter waarde van ongeveer 2,5 miljard dollar en werkt aan een nieuw gezamenlijk financieringsinstrument met de algemeen accountant om exportkredieten en werkkapitaal te vergroten.
Om paraatheid en productiecapaciteit te versterken kondigde Baram de oprichting van een Hoge Raad voor Defensie aan. Dit nationale orgaan brengt defensie, financiën, de Nationale Veiligheidsraad, de industrie en andere instanties bijeen om aanschaf te versnellen, knelpunten weg te nemen en kortetermijnoperaties te verbinden met langetermijnonderzoek en -ontwikkeling. De raad richt zich in eerste instantie op dreigingen uit Iran en Jemen.
Baram schetste ook concrete kostenbeelden om het financiële plaatje inzichtelijk te maken: een aanvalsoperatie in Jemen kan circa 50 miljoen sjekel kosten, een Arrow‑3‑interceptor 15–30 miljoen sjekel, en een mislukte onderschepping kan tot honderden miljoenen schade leiden — illustrerend voor de prijs van dagelijkse verdediging. Hij pleitte daarom voor meer binnenlandse productie, kortere toeleveringsketens en meerjarige financiering zodat Israël strategische autonomie en economische weerbaarheid combineert.
Kort gezegd: Israël ziet de nasleep van juni niet als eindpunt maar als aanleiding voor een langetermijnstrategie: grotere munitiereserves, een innovatiepijplijn en een geïntegreerde bewapeningsraad om kosten te drukken en de technologische voorsprong te behouden voordat de volgende confrontatie begint.