Trump-plan voor Gaza: Witkoff ontmoet bemiddelaars in Miami
In dit artikel:
Vertegenwoordigers van de Verenigde Staten, Egypte, Qatar en Turkije kwamen vrijdag in Miami bijeen om de uitvoering van de eerste fase van het door Donald Trump geïnitieerde Gaza-plan te evalueren en de volgende stappen voor te bereiden. Volgens de Amerikaanse speciale gezant voor het Midden-Oosten, Steve Witkoff, leverde de eerste fase tastbare resultaten op: vrijwel alle gijzelaars zijn vrij, delen van de Israëlische strijdkrachten trokken zich terug, de gevechten namen af en humanitaire hulp bereikte meer mensen. Tegelijkertijd benadrukte hij dat dit slechts een basis is voor verder politiek werk.
De gesprekken richtten zich vooral op de toekomstige inrichting van civiel bestuur in de Gazastrook. Het voorstel voorziet in een tijdelijke overgangsautoriteit – een “Board of Peace” – die civiele zaken, veiligheid en wederopbouw moet coördineren onder Palestijnse verantwoordelijkheid. Ook stond regionale integratie op de agenda: handelsfaciliteiten, herstel van centrale infrastructuur en samenwerking rond energie, water en andere hulpbronnen moeten Gaza economische vooruitzichten bieden en regionale stabiliteit bevorderen. De betrokken landen steunen formeel het 20-puntenplan van Trump, inclusief een internationale stabilisatiemissie en stapsgewijze uitvoering onder toezicht.
Achter die formele eensgezindheid schuilen echter aanzienlijke bedenkingen. Egypte en Jordanië zien het plan voorlopig vooral met terughoudendheid: zij willen niet permanent verantwoordelijk worden voor veiligheid of politiek in Gaza en vrezen respectievelijk problemen in de Sinaï en binnenlandse politieke repercussies. Een nog fundamenteler struikelblok is demilitarisering. Hoewel Washington zegt dat Hamas de hoofdlijnen accepteerde, blijven hoge Hamas-vertegenwoordigers publiekelijk weigeren hun wapens en middelen op te geven; zij benadrukken het recht op gewapend verzet en verwerpen de erkenning van Israël. Dat staat haaks op een VN-Veiligheidsraadsbesluit van 17 november dat Hamas en vergelijkbare groeperingen uitsluit van toekomstig bestuur en eist dat militaire infrastructuur wordt vernietigd.
Onafhankelijke veiligheidsanalyses suggereren dat Hamas ondanks het fragiele staakt-het-vuren nog steeds leiderschap en wapencapaciteiten bezit, waardoor het akkoord meer tactisch dan structureel lijkt. In Israël groeit het scepticisme; minister Itamar Ben-Gvir eist hardere militaire reacties op schendingen van het bestand en veel burgers delen die houding.
Het Gaza-plan bevindt zich daardoor op een cruciaal kruispunt: internationaal is er brede steun voor een raamwerk, maar het succes hangt uiteindelijk af van de vraag of Hamas bereid is macht en wapenbezit daadwerkelijk op te geven — of dat het traject strandt door de logica van gewapend verzet en regionale onzekerheden.